Zoals ik al schreef besteed ik nog niet veel aandacht aan het lezen in het Nederlands. Ik lees zelf wel elke dag voor maar de jongens lezen zelf al elke dag in het Engels en/of Italiaans. Toch probeer ik het er wel een klein beetje in te brengen, zonder dat er een ‘moeten’ achter zit. De klankenposter is een grote hulp. En toen ik in Nederland was zag ik overal van deze letterborden. Dus, hup, ik heb er ook eentje gekocht. En daar zet ik nu regelmatig een nieuwe zin op. Soms zet ik een klank centraal (zoals hier de ‘au’), soms gewoon iets wat ik wil zeggen en soms iets waarvan ik merk dat één van de jongens lastig vindt, bijvoorbeeld het verschil tussen de “e” en de “i” voor de jonste. Je kunt er ook het woord van de dag/week er op zetten. En na een tijdje vragen de kinderen of ik er weer wat anders op wil zetten.
